Schrijven. Ik heb het al in vele vormen gedaan: krabbeltjes op een briefje voor mijn lief, zakelijke brieven voor mijn werk, verhaaltjes toen ik klein was en gedichtjes naar mate ik ouder word. Maar sinds kort doe ik het ook in script. Scriptschrijven voor mijn stage. Het is een ervaring apart en eerlijk gezegd heb ik geen idéé of ik het goed doe. Geen bijster originele vergelijking, maar ik kan oprecht zeggen dat ik me hetzelfde voel als die dag toen de zwemjuffrouw mij aan zo’n vishengel in het zwembad lieten spartelen. Je doet waarvan je denkt dat ’t goed is en mocht dat niet zo zijn, dan hoor je dat vanzelf. Ondertussen probeerde ik al kwijlend mijn hoofd boven water te houden en vooruit te komen. Heel beeldend… het kwijlen is nu gelukkig overbodig.

Om dan toch maar even in de natte sferen te blijven: het is niet zo alsof ik me als een vis op het droge voel. Het is eigenlijk best prettig om voor het eerst sinds drie jaar weer het gevoel te hebben dat ik echt iets leer. Iets nieuws, wat ik nog niet ken. Tja, HBO is niet meer wat het geweest is. In ieder geval niet op het Windesheim.

Anyway, het is leuk. Nee, leuk is een leeg woord. Het is interessant. Boeiend om met vakmensen te werken en te zien hoe het er in de echte wereld aan toe gaat. Op school werd er vaak gesproken over deze echte wereld. Maar in ’t echt is ‘ie nog echter dan de gefrustreerde docent zich kon herinneren uit de tijd dat hij er achter kwam dat zijn kansen in de wondere wereld van film en TV er niet inzaten.

Schrijven zit mij in ’t bloed. Ik begon met vis, vuur en boom en inmiddels heb ik er heel wat geschreven woorden op zitten. En daar is het laatste woord nog niet over gezegd.